Heel teder kwam de dood
Heel teder kwam de dood.
Hoe zacht riep hij haar naam
en droeg haar liefdevol,
een witte bruid,
over heuvels en dalen
buiten ruimte en tijd.
't Oneindige spreidde zich
zo troostend en bevrijdend
over haar uit, terwijl
behoedzaam haar grenzen
werden verlegd aan het
beloofde land van overvloed.
En wij bewonderen nog
haar kracht en moed.
Zij was een sterke vrouw,
de liefdevolle moeder.
Tot in het uitzichtloze
hield zij stand.
Nu ligt zij als een parel
glanzend in Gods hand.

Liesbeth de Nef (uit: Al de dagen van ons leven)


Terug